Risicostatus

In FRIS wordt gebruikgemaakt van een risicostatus per gemeente of diaconie. De risicostatus wordt gebruikt om een indicatie te geven van het aan de financiële positie van een gemeente (College van Kerkrentmeesters) of diaconie (College van Diakenen) verbonden risico. De bepaling en het gebruik van de risicostatus zijn vastgelegd in de GCBB-richtlijn 'Richtlijn classificatie voor de beoordeling van begrotingen en jaarrekeningen (aansluitend bij: Generale Regeling Vermogensrechtelijke aangelegenheden van de Protestantse Kerk in Nederland, artikel 4, lid 3c)'.

Bij het indienen van een jaarrekening wordt door FRIS een risicostatus berekend. Deze berekende risicostatus is alleen gebaseerd op de gegevens in die jaarrekening. Deze berekende risicostatus is een belangrijk hulpmiddel voor de vaststelling van de uiteindelijke risicostatus.

De vastgestelde risicostatus kan afwijken van de op basis van de laatste jaarrekening berekende risicostatus. Bij de beoordeling van de jaarrekening zal het CCBB aan de hand van de beschikbare gegevens, de risicostatus zo nodig opnieuw vaststellen. Als na de beoordeling van de laatste jaarrekening (de jaarrekening heeft status 'Definitief') de vastgestelde risicostatus afwijkt van de op basis van die jaarrekening berekende risicostatus, wordt dit door het CCBB toegelicht. Deze toelichting wordt gegeven in zowel het scherm Risicostatus als de brief n.a.v. het definitief worden van de risicostatus.

Alleen het CCBB kan de uiteindelijke risicostatus vaststellen, voor gemeenten en diaconieën kan de risicostatus alleen geraadpleegd worden. Eventueel kan het CCBB de risicostatus ook wijzigen los van de beoordeling van financiële stukken. In FRIS bestaan vijf risicostatussen:

  • A: geen of zeer laag risico
  • B: gematigd risico
  • C: hoog risico
  • D: zeer hoog risico
  • X: onbepaald (de risicostatus kan niet worden berekend).

De risicostatus kan bekeken worden op het gemeentescherm (per college):

Risicostatus1

Vervolgens wordt het overzichtsscherm voor de risicostatus getoond:

risicostatus2Risicostatus3

Bovenaan de pagina wordt de meest actuele risicostatus getoond die is vastgesteld door het CCBB. Hierbij wordt ook de datum van vaststelling weergegeven. Let op: bovenaan de pagina is het verloop van de risicostatus (over de verschillende financiële stukken) niet zichtbaar.

In de eerste kolom met bedragen staan de gegevens van de vorige ingediende jaarrekening, voor zover in FRIS beschikbaar. In de tweede kolom staan de gegevens van de laatst ingediende jaarrekening.

Voor beide jaarrekeningen, de vorige en de laatst ingediende, berekent FRIS de kengetallen die de basis zijn voor de bepaling van de risicostatus. Vervolgens wordt de door FRIS berekende risicostatus voor beide jaren getoond.

In de volgende (derde) kolom 'Aanpassingen (+/-) t.o.v. jaarrekening ' kan het CCBB aanpassingen ten opzichte van de in de laatst ingediende jaarrekening opnemen. Dit geeft het CCBB de mogelijkheid om informatie, die niet blijkt uit de bij de initiële berekening gebruikte bedragen van de laatst ingediende jaarrekening, te verwerken in de berekening van de risicostatus. Aan de hand van de aanpassingen worden in de vierde en laatste kolom de nieuwe bedragen bepaald. Dit kan leiden tot een nieuwe berekende risicostatus.

Als een berekende risicostatus, eventueel met aanpassingen, als 'X' getoond wordt, dan is FRIS niet in staat om een risicostatus te berekenen. De oorzaken kunnen zijn:

  • de benodigde gegevens ontbreken, omdat de betreffende jaarrekening niet in FRIS is ingediend.
  • de uitkomsten van de berekende kengetallen zijn zodanig, dat er volgens de richtlijn geen risicostatus berekend kan worden, bijvoorbeeld omdat de vrije buffer negatief is.

De vastgestelde risicostatus wordt gebruikt in de CCBB-processen en bij het nemen van beslissingen door de CCBB's. De vastgestelde risicostatus is dus de definitieve risicostatus.